top of page
Recent Posts
Featured Posts

Wat voelt Kristien De Wolf zich op haar gemak in onze taal. Over Rotgeluk.

Wat heb ik genoten van deze bundel kortverhalen. Ze gaan over gewone mensjes in gewone leventjes maar op een moment dat net dat beetje veelbetekenender is, en meestal verbindt Kristien de Wolf er aan het eind nog een kleine boodschap aan om de lezer die dat tot dan toe nog niet deed even te doen stilstaan en nadenken. De verhalen waarin die kleine pointe het verrassendst was, waren voor mij de allerbeste; het openingsverhaal 'De ring' bijvoorbeeld, wat een heerlijk klein verhaal was dat! En 'Poor Medusa', wat een tragikomedie met een vertederend einde...

Ironie kan soms van een harde plek komen, vind ik, ik ben daar nogal gevoelig voor. Maar Kristien de Wolf zet haar personages neer met een ironie die van een milde plek komt en dat zorgt voor voluit zorgeloos lachen (en smileys bij de vleet in mijn exemplaar van 'Rotgeluk' :-) ).

Maar waar ik misschien nog het meest van genoten heb: wat voelt Kristien de Wolf zich op haar gemak in onze taal! Het is een lust om te lezen in tijden van vaak gesteven, uitgedroogde taal (vergeef me mijn afgemat stokpaard). Het soepel gemak dat haar zinnen uitstralen (jaloersmakend als kijken naar wie aan het spelen is als je zelf al dagenlang zinnen tegen de grond aan het werken bent om er een essay mee te bouwen), het is een waar plezier om te zien, en haar beeldspraak is om van


te smullen zo trefzeker en zelfzeker. Nonkel Etienne is een rokend standbeeld, vader leest patriarchaal de krant, de zon bleef rond de aarde koersen, Spaanse vrouwen kunnen geen zin uit hun strot persen zonder er zeven hoeren en evenveel bakken stront tussen te draaien, als er zon is komt er wind van, een tot geisha geverfde travestiet heeft lippen als een kleine open wond, de travestiet is iets tussen kitsch en kracht, een dronken meisje komt in iemands schoot gevallen als een rijpe tomaat die net de tak loslaat en in zijn handen terechtkomt in plaats van open te petsen op de grond, iemand staat streng en smal als een doopkaars, zij die gaan sterven groeten elkaar maar zeveren niet, men kan het zachte wegstromen van ongebruikt testosteron haast horen, fijne rode lijntjes verkavelden het wit rond iemands lichte ogen,... wat moet het heerlijk zijn zo soepel te kunnen schrijven! Zo laat Kristien de Wolf het althans uitschijnen: dat het speelse, soepele schrijven haar moeiteloos afgaat, en dat is de kunst van de kundige schrijver natuurlijk.


Door Caroline Benoit op Facebook


Search By Tags
bottom of page